ISW is een interconfessionele scholengroep. Dat betekent dat we werken vanuit Christelijke (protestants en katholieke) waarden en normen. Iedereen die zich hierin kan vinden is van harte welkom op onze scholen. De belangrijkste kernwaarden zijn:
Met deze uitgangspunten helpen we je je te ontwikkelen tot volwaardige wereldburgers die een bijdrage leveren aan de samenleving. Tot volwassenen die omzien naar hun medemens en het milieu.
Woon je in het Westland? Dan krijg je via de basisschool een aanmeldformulier. Of klik hier voor het aanmeldformulier, vul het digitaal in, print het uit en stuur het naar het adres dat op het formulier vermeld staat.
We hebben meerdere locaties. Per locatie worden verschillende niveaus aangeboden. Wanneer je je definitieve advies hebt ontvangen mag je zelf aangegeven op welke locatie je ingeschreven wilt worden.
Ongeveer 950 leerlingen.
Ja, dat kan. In mei ontvang je hier een mail over met daarin een link. Via deze link kan je je voorkeuren aangeven.
Je mag de agenda kopen die jij leuk vindt. Zolang er geen dingen in staan die niet heel netjes zijn, ben je er vrij in. Een tip: koop een overzichtelijke agenda. Dan zie je meteen welk huiswerk je nog te doen hebt.
Ging je op de basisschool om twaalf uur naar huis om te eten? Bij ons op school komen veel leerlingen van ver. Ze kunnen dan niet even naar huis. Daarom houden we met z'n allen een half uurtje pauze. Je kunt dan eten, drinken, iets voor jezelf doen of even naar buiten. In de ochtend én in de middag heb je ook nog een kleine pauze. Deze pauze duurt 15 minuten.
Ja, bij de kantine kun je belegde broodjes, melk, drinkyoghurt en fruit kopen. We zijn geen snackbar: gefrituurde spullen kun je hier niet kopen. De meeste leerlingen nemen van thuis boterhammen mee. Op school kopen ze dan iets te drinken. Dat is wel zo slim: zo kan een pakje drinken niet stuk gaan in je jas of tas. De kantine is tussen de eerste kleine pauze en de grote pauze geopend.
Let maar op, je zult heel snel de weg weten. Daar helpen we je bij. De eerste schooldagen laten we je zien waar de lokalen zijn. Ook kijken we even op andere plekken in de school. Bijvoorbeeld in de mediatheek en de gymzaal.
Zeker, maar belangrijker is wat we van je verwachten: gewoon dat je je naar elkaar toe netjes gedraagt en eerlijk bent. Dat je rekening houdt met andere leerlingen en medewerkers in de school (respect). Als iedereen dat doet, komt het vanzelf wel goed en is het voor iedereen fijn om op school te zijn. Dat is belangrijk. En als het mis gaat, dan helpen we je.
Een enkele regel: je mag in het gebouw geen kauwgom kauwen. Ook mag je in de school geen pet dragen. Dat hoort net als veel andere zaken gewoon bij je netjes en respectvol gedragen. Sinds januari 2019 is de Gasthuislaan een rookvrije school. Roken mag dus niet!
Ja, er is een lift. Niet iedereen mag de lift zomaar gebruiken. Als je van de dokter geen trappen mag lopen, maken we een uitzondering. Wel mag je dan een andere leerling even vragen je te helpen in de lift. Bijvoorbeeld om je tas te dragen. Zeg het even tegen de conciërge op school dat je de lift wilt gebruiken. Neem wel een briefje mee van thuis met een verklaring waarom jij de lift moet gebruiken.
Gemiddeld zijn er 6 eerste klassen; 4 havo-vwo en 2 vwo klassen.
Dat verschilt: van 25 tot 30 leerlingen.
Ben jij een talent in een sport en moet je soms deelnemen aan centrale trainingen of wedstrijden ver weg of tijdens schooltijd. Daar werken wij graag aan mee, door goede afspraken te maken aan het begin van een schooljaar. Er wordt dan, afhankelijk van het niveau waarop je sport, bekeken welke mogelijkheden we kunnen aanbieden.
In het eerste jaar zijn er klassen voor havo/vwo en vwo. Leerlingen met een vwo advies kunnen kiezen voor gymnasium(-plus) of voor atheneum(-plus). Als je kiest voor -plus, dan krijg je aanvullend het vak C&W (Cultuur en Wetenschap).
Wij volgen het basisschool advies. Dit gebruiken we om je in de juiste klas te plaatsen.
Op het gymnasium krijg je ook les in Latijn en Grieks. Dat noemen we 'klassieke' talen. Aan het einde begin van de eerste klas maak je een keuze: ga je voor een atheneumdiploma of kies je met Latijn en Grieks voor een gymnasiumdiploma.
Voor zowel atheneum- als gymnasium-leerlingen is het mogelijk om de VWO-PLUS-variant te doen. Dan volg je aanvullend Cultuur en Wetenschap, een vak dat wordt vormgegeven door middel van projectlessen en keuzemodules.
De havo-opleiding duurt vijf jaar en de vwo-opleiding duurt zes jaar.
Nee, als de basisschool je geen havo adviseert, kun je niet worden geplaatst in een havo/vwo-klas.
Leerlingen hebben gemiddeld ongeveer 30 lesuren. Als je op het vwo zit heb je meer lessen. Gymnasium leerlingen hebben ongeveer 32 lesuren per week, vanwege Klassieke Vorming (Grieks en Latijn). Vwo leerlingen (gymnasium of atheneum) kunnen kiezen voor de -plus variant. Dan krijg je ook aanvullend het vak C&W, cultuur en wetenschap. Een lesuur is 50 minuten. Sommige vakken heb je twee uur achter elkaar, zoals lichamelijke opvoeding en beeldende vorming. We noemen dat een 'blokuur'. De lesdagen zijn niet altijd even lang. Je hebt op een lesdag steeds twee lessen achter elkaar. Daarna is er een pauze.
Als het lekker weer is gymmen we voor de herfstvakantie en na de voorjaarsvakantie buiten. Als het slecht weer is heb je binnen gym. In de winter (na de herfstvakantie tot en met de voorjaarsvakantie) gym je altijd binnen.
Nee, meestal niet. In sommige lokalen staan de tafels en de stoelen anders. Bij de eerste les spreken we af op welke plek je de eerste weken zit. Dan kunnen je nieuwe leraren en leraressen aan de namen wennen! Na een paar weken wisselen de plekken wel eens.
In de eerste klassen komt dat niet voor. Natuurlijk moeten de leraren van die dag er dan wél zijn. Is er één ziek of afwezig, dan heb je meestal een 'opvanguur'. Dan moet je een lesuur lezen. Je hebt dus nooit 'tussenuren'. Valt er een keer een les uit aan het begin of aan het eind van de dag? Dan mag je later op school komen. Of je kunt eerder naar huis. Op de lichtkrant en via Magister kun je altijd zien of er wijzigingen zijn voor de volgende dag.
Op onze school komen tussenuren nauwelijks voor. Wanneer er een les uitvalt, krijg je soms een andere les van die dag. Ook kun je een andere leraar krijgen. In zo'n uur ga je met de hele klas lezen. Zorg er dus voor dat je altijd een boek bij je hebt om te lezen!
Je kunt heel makkelijk zien of er lessen uitvallen of worden vervangen. Die wijzigingen staan op Magister, of op de lichtkrant in de school (het digitale informatiebord).
Je krijgt twaalf vakken in de eerste klas: Levensbeschouwelijke vorming, Nederlands, Frans, Engels, geschiedenis, aardrijkskunde, wiskunde, biologie, muziek, beeldende vorming, informatiekunde en lichamelijk opvoeding. Ook heb je een studieles en een uur leefstijl per week. Leerlingen de op het gymnasium zitten krijgen Grieks en Latijn erbij. Vwo-leerlingen (atheneum of gymnasium) die kiezen voor - plus, krijgen aanvullend het (module)vak Cultuur en Wetenschap (projecten en specialisaties).
In de eerste klas heb je Nederlands, Engels en Frans. In de tweede klas komt Duits erbij. Ga je naar het gymnasium? Dan krijg je ook Grieks en Latijn.
Havo en vwo zijn de moeilijkste twee vormen van onderwijs. Maar als je een advies voor havo of vwo hebt gehad, gaat het je vast en zeker lukken. Let maar op: wat nu nog moeilijk lijkt, is straks heel gewoon. Misschien dacht je in groep 3 wel dat lezen moeilijk zou zijn. En nu vind je dat ook vanzelfsprekend!
Het vak Bewegen, Sport en Maatschappij is een keuzevak in de bovenbouw, waarin de leerlingen zowel theoretisch als praktisch geschoold worden. Zo krijgen ze o.a. les in Lesgeven, Sportmanagement, Menselijk Lichaam, Blessurepreventie/EHBO en Trainingsleer. Daarnaast verbreden zij zich op sportief gebied door in de praktijk kennis te maken met activiteiten als Polsstokhoogspringen, Cricket en bijvoorbeeld een DEMO dans, turnen en zelfverdediging. Voor de sportieve leerling die naast meer wil sporten ook meer wil leren over sporten en bewegen is dit vak dus een uitgelezen mogelijkheid!
Ja, voor de zomervakantie komt je een middag bij ons op school. De uitnodiging krijg je via je basisschool. Je kunt dan kennismaken met je klasgenoten en je mentor en de assistentmentoren.
Ja, als je bij ons op school komt is het deelnemen aan de werkweek verplicht. Die week is belangrijk om kennis met elkaar te maken. Ook leer je met elkaar samenwerken. Heb je toch een reden om niet mee te gaan (bijvoorbeeld vanwege je gezondheid)? Bespreek dat dan met de leerjaarcoördinator van het eerste leerjaar.
Ja, je hebt een mentor: dat is een leraar die jouw klas extra begeleidt. Hij/zij helpt je als je met belangrijke vragen of problemen rondloopt. Een mentor heeft altijd twee assistenten, dit zijn ouderejaars leerlingen die jou beter helpen als je ergens tegenaan loopt. Is het een probleem waar zij jou niet bij kunnen helpen, dan zijn er altijd vertrouwensdocenten op school.
Mentor is een ander woord voor klassenleraar of -lerares. Je krijgt van je mentor gewoon les in een bepaald vak. Ook heeft je mentor elke week een aparte studieles met de klas. Je kunt veel dingen met je mentor bespreken: je vragen, schoolresultaten en mogelijke problemen in de klas. Ook je ouders kunnen met vragen bij je mentor terecht.
Tijdens de studieles 'leer' je hoe je moet leren. Bijvoorbeeld: Hoe maak je een weekplanning? Hoe gebruik je je agenda? Hoe pak je het huiswerk aan? Wat zijn goede studiegewoonten? Handige weetjes, die je helpen om het goed te doen op school!
Een leerjaarcoördinator heeft de leiding over een deel van de school. Je moet je bijvoorbeeld bij de leerjaarcoördinator melden als je uit de klas bent gestuurd. Hij bespreekt dan met jou wat er is gebeurt en hoe je het de volgende keer kunt voorkomen. Bij vragen of problemen kun je altijd even bij de leerjaarcoördinator langs gaan.
Elke klas heeft een eigen mentor. De mentor houdt de studieresultaten van jou en de andere leerlingen goed in de gaten. Ook let de mentor op de sfeer in de klas. Je kunt een mentor het best vergelijken met de meester of juf die je gewend was in groep acht van de basisschool. Hij/zij kent je straks goed en je kunt altijd bij hem of haar terecht. Ook vertelt de mentor op de ouderavonden aan je ouder(s) of verzorger(s) hoe het met jou gaat op school.
Op onze school vind je een zorgteam dat veel voor je kan doen. Er is een zorgcoördinator die precies weet bij wie je moet zijn. Heb je moeite met lezen of schrijven (dyslexie)? Dan krijg je begeleiding van een remedial teacher. Zo zijn er nog veel meer specialisten, binnen en buiten school. Er zijn ook allerlei trainingen: een weerbaarheidstraining bijvoorbeeld, of een training in sociale vaardigheden. Als jij vertelt wat je wilt, dan kan de zorgcoördinator samen met jou en je ouders een oplossing zoeken.
Eerst ga je naar de mentor. Maar als je nu een probleem met je mentor hebt? Dan kun je dat bespreken met de leerjaarcoördinator. Die kan je ook helpen bij andere vragen of problemen. Op school hebben we ook een zorgteam. Daar zitten allemaal specialisten in die jou kunnen helpen. Bijvoorbeeld als je moeilijk kunt lezen of schrijven. Dan kun je hulp krijgen van de remedial teacher. Komen we er op school niet uit? Dan weten we precies bij wie je buiten de school moet zijn.
We staan niet toe dat er iemand wordt gepest op school. In klas 1 doen we daarom een anti-pestproject. Word je toch gepest? Zeg het zo snel mogelijk tegen een docent of mentor. Samen met de 'pesters' gaan we het probleem oplossen. We willen graag dat iedereen zich in school prettig en veilig kan voelen
Heb je ook een dyslexieverklaring? Dan krijg je van school een dyslexiepas. Je hebt dan meer tijd bij een toets. Bij dyslexie kun je ook extra begeleiding van de remedial teacher krijgen. Misschien weet je nog niet zeker of je wel echt dyslexie hebt. Daarom maak je in de eerste klas een paar toetsen
Als jij zo'n verklaring hebt, mogen we je meer tijd geven bij toetsen en examens. Ook krijg je extra begeleiding van de remedial teacher. Daardoor leer je wat beter omgaan met je dyslexie. We hebben ook hulpmiddelen die je kunt gebruiken.
Al in de eerste schoolweken krijg je een paar kleine testjes. Die laten zien of je wel of geen dyslexie hebt. Twijfelen we? Dan gaan we aan de slag met een uitgebreide test. Ben je toch dyslectisch? Dan nemen we contact op met je ouders. Ook ga je voor een onderzoek naar een orthopedagoog of psycholoog. Je krijgt dan een verklaring dat je dyslexie hebt.
Als je ADHD hebt, houden de docenten daar rekening mee. Het is dan voor jou misschien moeilijk om je te concentreren in de klas. Daarom maken we daar afspraken over, samen met de teamleider, je mentor en de docenten. Soms ben je al geholpen met een andere plek in de klas, zoals vooraan. Slik je er medicijnen tegen? Meld het even bij je mentor op school.
Ja, dat kan! Aan het begin van het schooljaar krijg je een code. Als je daarmee inlogt op Magister, kun je zien welke cijfers je hebt gehaald.
Als je een toets mist, dan maak je een afspraak met de docent. Dan kun je op een ander moment de toets inhalen.
In de eerste klas tel je al helemaal mee. Als we weer aan een toneelstuk of een musical gaan beginnen, dan zijn er audities. Laat maar zien dat je talent hebt!
Elk jaar krijg je de Cultuurkaart. Zorg dat je de kaart altijd bij je hebt. Je krijgt dan korting in winkels en in de bioscoop. En over cultuur gesproken: we organiseren op school ook veel culturele activiteiten!
We hebben een eigen feestcommissie. Die organiseert twee keer per jaar een schoolfeest. Je bent natuurlijk alleen welkom op de schoolfeesten van je eigen school.